Suriname
Suriname is een republiek aan de noordoostkust van Zuid-Amerika. Suriname grenst in het oosten aan Frans-Guyana, in het westen aan Guyana, in het zuiden aan Brazilië en in het noorden aan de Atlantische Oceaan. De eerste kolonisatie van Suriname vond vanaf 1650 plaats door de Britten. Tijdens de Tweede Engelse Oorlog werd Suriname in 1667 door Abraham Crijnssen veroverd op de Engelsen.
In 1683 werd de Sociëteit van Suriname opgericht. De eerste gouverneur van Suriname was Cornelis van Aerssen van Sommelsdijck. De stad Amsterdam en de West-Indische Compagnie bezaten de overige tweederde. Aan het einde van de 18e eeuw ging de WIC failliet en de familie Van Aerssen verkocht haar bezit. Amsterdam was toen de enige belanghebbende.
De naburige koloniën Berbice en Essequibo, ongeveer het huidige Guyana, werden al enkele decennia gekoloniseerd door Nederlanders. Suriname, Berbice en Essequibo vormen het zogenaamde Nederlands Guyana. Nederlands Guyana werd in 1815 nog eens verdeeld in Suriname, dat in Nederlands bezit bleef, en het huidige Guyana, dat een Britse kolonie werd: Brits Guyana.
In 1954 verkreeg Suriname een semi-autonome status binnen Koninkrijksverband. Op 25 november 1975 werd Suriname onafhankelijk. Van 1980 tot 1989 was Suriname een dictatuur onder legerleider Desi Bouterse. Sindsdien is Suriname gaandeweg gestabiliseerd, al blijven de banden met Nederland enigszins stroef.
In 2006 werd Suriname in het zuiden van het land door zware overstromingen getroffen. Ongeveer 80 procent van Suriname bestaat uit ongerept tropisch regenwoud. De rivieren voeren het regenwater naar zee. Hier ligt 'de Wilde Kust': ruige zandstranden, afgewisseld met vogelrijke modderbanken en kleigronden.
Ten zuiden van de kustvlakte bevind zich een savannegebied met grassen en struiken. Op deze ondergrond ligt ook het vliegveld. Paramaribo is de enige echte stad en tevens de hoofdstad van Suriname. Door laagbouw en veel vrijstaande huizen is Paramaribo zeer uitgestrekt, maar het heeft een dorpse uitstraling behouden.
Ooit sieraad van West-Indië genoemd vanwege de vele witte houten huizen en schaduwrijke lanen, schreeuwt menig huis nu om een likje verf. De oude stadskern met straten als de Herenstraat, Gravenstraat en Keizerstraat getuigt nog van de koloniale geschiedenis. Vanuit Fort Zeelandia, het voormalig Hollandse verdedigingsbolwerk, is Paramaribo ontstaan. In de jaren tachtig diende het fort als hoofdkwartier van het Nationaal Leger, onder leiding van bevelhebber Desi Bouterse.
Tegenwoordig is het fort open voor het publiek en biedt het onderdak aan het Surinaamse Museum. De waterkant van Paramaribo is een bekende plek voor toeristen en inlandse bewoners. Hier is het mogelijk om lekker te zitten en te eten, te wandelen en er zijn vaak artiesten die optreden. Er worden diverse activiteiten gehouden.
De palmentuin is een groot park vol met palmbomen welk geschikt is om te wandelen en te picknicken. Veel mensen komen hier ook om te relaxen. Ver weg van de stadsdrukte ligt op 130 kilometer ten zuiden van Paramaribo het natuurpark Brownsberg . Brownsberg is een vrij gemakkelijk bereikbare bestemming, waar je in redelijk comfort in het tropische regenwoud kunt vertoeven.
Wandelpaden en wegwijzers voeren langs de hellingen van de berg naar watervalletjes en uitkijkposten. Het uitzicht vanaf het 500 meter hoge bergplateau over het Brokopondo-stuwmeer en het regenwoud is een echte aanrader. Ook interessant en leuk om te bezoeken is de Cola Creek.
Het is een natuurlijk zwembad en het heeft zijn naam te danken aan de donkere kleur van het water. Veel families komen hier om te ontspannen en om te genieten van de natuur. Cola Creek ligt in het binnenland van Suriname.