Faeröer
De Faeröer eilanden is een west Europese eilandengroep en is gelegen in een driehoek tussen Schotland, IJsland en Noorwegen. De Faeröer eilanden horen bij Denemarken. Er zijn in totaal 18 Faeröer eilanden waarvan er 1 onbewoond is. Hieronder volgt een korte omschrijving van de eilanden
Streymoy is het grootste eiland van de Faeröer eilanden.
Op dit eiland ligt tevens de hoofdstad van de Faeröer eilanden, Tórshavn. Deze stad is opgericht in de 10e eeuw. Streymoy heeft 2 fjorden genaamd Kollafjørður en Kaldbaksfjørður. Het hoogste punt is de top Kopsenni met een hoogte van 789 meter.
Het eiland wordt vooral gedomineerd door de 500 kliffen. Pittoreske dorpjes zijn te vinden in de plaatsen Saksun en Tjørnuvík. In de plaats Kirkjubøur staan ruines van de Magnus Kathedraal en hier staat ook het oudste bewoonde houten huis ter wereld, welke dateert uit de 11e eeuw.
Het eiland Esturoy is het op een na grootste eiland, is zeer bergachtig. Het hoogste punt van de Faeröer eilanden is de berg Slaettaratindur. Een brug verbindt Esturoy met Streymoy. De verbinding met de veerboot is sneller dan de brug.
De belangrijkste plaatsen zijn Fuglafjørður, Runavík, Gjógv en Nes.
Op het eiland Vágar ligt de internationale luchthaven van Faeröer Dit eiland is door middel van een 4 kilometer lange tunnel verbonden met het eiland Streymoy. Op dit eiland zijn ook de grootste meren van Faeröer te vinden, Sørvágsvatn en Fjallavatn. Archeologische vondsten op dit eiland tonen aan dat Vágar in de vinkingtijd al bewoont was.
Het eiland Mykines is het meest westelijke eiland van alle 18 eilanden. Op dit eiland zijn grote aantallen Papegaaiduikers en Jan – van Genten te vinden. Mykines wordt verbonden met een brug naar het vogeleiland Mykineshólmur. Deze brug gaat over een 35 meter hoge kloof. Ook is er op dit eiland een versteend bos te vinden, dit bos bestaat uit 55 meter hoge basaltzuilen (basaltzuilen bestaan uit lava).
Het eiland Suðuroy is het meest zuidelijke eiland. De meeste dorpen liggen aan de oostkust doordat de westkust te steil is. Aan de westkust zijn de zeevogelkolonies makkelijk te bereiken. Vanaf de visserdorpen Sandvík en Hvalba heeft een goed uitzicht over het onbewoonde eiland Lítla Dímun. Op dit eiland leven alleen schapen en vogels. Het plaatsje Porkeri is één van de schilderachtigste plaatsjes van de Faeröer eilanden. De belangrijkste plaatsen zijn Tvøroyri, Froðba (oudste dorp) en Trongisvágur.
Het eiland Stóra Dímun is alleen bereikbaar wanneer het weer helder en rustig is. Er wonen hier slechts 4 gezinnen. Het eiland Skúvoy heeft maar één bewoonde plaats ook met de naam Skúvoy. De naam van het eiland komt van de Skua, een meeuwensoort. Het eiland Sandoy heeft diverse dorpjes. De meeste mensen wonen in Sandur. In deze plaats is een heidensbegraafplaats ontdekt uit de vikingtijd. Andere dorpjes zijn Skarvananes, Dalur, Husavik, Skalavik en Skopun.
Het eiland Hestur ligt ten westen van Streymoy. Dit eiland heeft vier bergen; Nakkur (met een hoogte van 296 meter), Múlin (met een hoogte van 421 meter), Eggjarrók (met een hoogte van 421 meter) en Álvastakkur (met een hoogte van 125 meter). Haelur is het zuidelijkste punt van Hestur, hier staat ook de vuurtoren. Het eiland Koltur ligt ten westen van Streymoy en ten noorden van Hestur. De enige bewoonde plaats is Koltur.
Het eiland Nólsoy is het laagst gelegen eiland en ligt ten oosten van Streymoy. Aan de zuidkust zijn twee kapen elk met een vuurtoren te vinden. Het eiland Borðoy heeft 5 bergen; Lokki (met een hoogte van 755 m), Háfjall (met een hoogte van 647 m), Borðoyarnes (met een hoogte van 392 m), Depilsknúkur (met een hoogte van 680 m) en Hálgafelli (met een hoogte van 503 m).
Het eiland Kalsoy is gelegen in het noordoosten, de hoogste berg is de Nestindar met een hoogte van 788 meter. In Kallur staat een vuurtoren.Het eiland Kunoy ligt tussen Kalsoy en Borðoy en is verbonden met een dam. De grootse plaat is Kunoy. Kunoy is verbonden met de plaats Harraldsund via een tunnel. In de verlaten plaats Skarð is het mogelijk om berg te beklimmen. Dit is alleen voor de ervaren bergbeklimmers.
Het eiland Viðoy is het meest noordelijke eiland en is via een dam verbonden met het eiland Borðoy. De hoogste berg op Viðoy is de Villingadalsfjall met een hoogte van 841 meter aan de noordkust ligt de Enniberg-klip, met 750 meter is dit de hoogste klip van Europa.Het eiland Svínoy zijn twee ongelijke schiereilandjes. Het eiland heeft drie bergen: Keldufjall (met een hoogte van 461 meter), Havnartindur (met een hoogte van 587 meter) en Múlin (met een hoogte van 442 meter).
Het eiland Fugloy is het meest oostelijk gelegen. De naam betekent vogeleiland. Op dit eiland nestelen veel vogels op de klippen. De hoogste berg van het eiland is de Klubbin met een hoogte van 621 meter. Er is één gemeente op het eiland met de naam Fugloyar Kommuna en twee bewoonde plaatsen: Kirkja in het zuiden en Hattarvík in het oosten. De andere bergen zijn: Norðberg (met een hoogte van 549 meter) en de Mikla (met een hoogte van 420 meter). Aan de oostkust staat een vuurtoren.